Waarom daalt de verkoop van elektrische auto’s ?

De verkoop elektrische auto daalt dit jaar in veel Europese landen. Waarom wordt het gaspedaal minder hard ingedrukt? In dit artikel lees je over de oorzaken en effecten van de teruglopende verkoopcijfers van elektrische auto’s in de EU. Ook bespreken we welke rol subsidies spelen en hoe het komt dat de prijzen van elektrische modellen ondanks eerdere optimistische verwachtingen nog steeds relatief hoog liggen. Tot slot kijken we vooruit en werpen we een blik op
de toekomst van elektrisch rijden.

Inhoudsopgave

Inleiding

De Europese markt voor elektrische auto’s (EV’s) begon jarenlang aan een gestage opmars. Steeds meer consumenten leken bereid hun vertrouwde benzine- of dieselauto te verruilen voor een elektrisch model, aangemoedigd door flinke overheidsstimuleringsmaatregelen en de roep om duurzaamheid en milieuvriendelijk transport. De laatste tijd merken we echter dat de verkoop elektrische auto daalt in diverse EU-landen. Volgens recente berichten,
gepubliceerd op 19 februari 2025, is de afname sterker dan men enkele jaren geleden had voorzien.

Een van de mogelijke oorzaken is dat het gaspedaal, oftewel het acceleratiepedaal van deze marktontwikkeling minder ver wordt ingedrukt. Er zijn diverse factoren die hiervoor verantwoordelijk kunnen zijn. Subsidies blijken een doorslaggevende rol te spelen in de keuze voor een elektrisch voertuig: met het wegvallen van deze subsidies ervaren potentiële kopers dat elektrisch rijden vaak nog altijd een kostbare aangelegenheid is. Tegelijkertijd wordt ook gewezen op andere factoren, zoals gebrek aan laadinfrastructuur in bepaalde regio’s en concurrentie uit andere werelddelen waar de productie van goedkopere elektrische voertuigen al veel verder is gevorderd.

In dit uitgebreide artikel, zullen we ons verdiepen in de oorzaken, achtergrond en gevolgen van de dalende verkoop van elektrische auto’s in de Europese Unie. We bespreken daarnaast waarom de marktontwikkeling zo afhankelijk is van subsidies, hoe de technologische ontwikkelingen rondom accu’s en laadsnelheden eruitzien en welke toekomstige scenario’s er mogelijk zijn. Door synoniemen te gebruiken voor begrippen als “gaspedaal” (denk aan “acceleratiepedaal,” “versneller” of “voetpedaal”) en door diep in te gaan op de relevante thema’s, proberen we jou als lezer een compleet beeld te geven.

Omdat de markt voor elektrische auto’s in hoge mate wordt beïnvloed door wet- en regelgeving, beleidskeuzes en internationale handel, zijn de recente ontwikkelingen niet los te zien van bredere geopolitieke en economische verschuivingen. Terwijl sommige landen binnen en buiten Europa enorme stappen zetten in de ontwikkeling van betaalbare elektrische auto’s, blijven andere regio’s achter. Dit zorgt voor een wisselwerking waarin de Europese producenten onder druk komen te staan en consumenten soms besluiten om de aankoop van een EV uit te stellen of helemaal te laten varen.

In het vervolg van dit artikel nemen we je stap voor stap mee. Eerst verkennen we de oorzaken van de daling in verkoopcijfers. Vervolgens gaan we in op de cruciale rol van subsidies en prijsperceptie. Daarna komt aan bod hoe technologische factoren, en met name de ontwikkeling van verschillende soorten batterijen, de huidige situatie beïnvloeden. Ook de laadinfrastructuur in Europa en de onderlinge concurrentie tussen automodellen passeren de revue. Tot slot kijken we naar de toekomst: welke scenario’s zijn denkbaar, en wat kunnen we verwachten van overheidsingrepen, fabrikanten en de markt zelf?

Laten we beginnen met een beknopt overzicht van de daling en vervolgens inzoomen op de belangrijkste oorzaken. Dit artikel is bedoeld voor iedereen die interesse heeft in de elektrificatie van mobiliteit en wil begrijpen waarom de verkoop elektrische auto daalt op dit moment.

Oorzaken van de daling

Subsidies bij aanschaf elektrische auto'sDe daling in verkoopcijfers van elektrische auto’s in de EU heeft verschillende oorzaken. Hieronder noemen we de belangrijkste factoren die de markt momenteel onder druk zetten:

1. Stopzetting of vermindering van subsidies

In eerdere jaren werden kopers van elektrische voertuigen in diverse EU-landen financieel gesteund door stimuleringsregelingen. Deze varieerden van een directe subsidie op de aankoop tot belastingvoordelen en kortingen op bijvoorbeeld wegenbelasting. Nu deze subsidies in veel gevallen zijn stopgezet of aanzienlijk zijn verminderd, ervaart de consument dat een elektrische auto relatief duur is in aanschaf. Hierdoor neemt de drempel om over te gaan tot aankoop aanzienlijk toe.

2. Hoge aanschafkosten zonder financiële steun

De productiekosten van elektrische auto’s zijn nog steeds hoger dan die van conventionele auto’s, met name door de kostprijs van de batterijen. Als hier geen (gedeeltelijke) compensatie door de overheid of andere instanties tegenover staat, blijft een elektrische auto al snel buiten het bereik van het grote publiek.
Bovendien zijn er consumenten die zich zorgen maken over de restwaarde van een elektrische auto, onder meer vanwege onzekerheden rond batterijduur en toekomstige ontwikkelingen.

3. Beperkte laadinfrastructuur

Hoewel het aanbod van laadpalen in sommige stedelijke gebieden fors is uitgebreid, zijn er ook veel regio’s waar de laadinfrastructuur nog sterk achterloopt. Denk hierbij aan afgelegen plattelandsgebieden of oudere stadscentra waar het lastig is om nieuwe laadfaciliteiten te installeren. Zonder een voldoende dicht netwerk van laadpalen, voelen consumenten zich minder zeker dat ze hun auto altijd en overal kunnen opladen. Dit werkt remmend op de vraag, omdat het gebruik- en rijcomfort minder voorspelbaar is dan bij een traditionele verbrandingsmotor.

4. Concurrentie van andere alternatieve aandrijflijnen

Elektrische auto’s zijn niet de enige milieuvriendelijkere optie. In sommige landen is er meer aandacht voor andere alternatieve aandrijflijnen, zoals waterstof / elektrisch of (plug-in) hybride voertuigen. Daarnaast zijn er ook steeds zuinigere benzine- en dieselauto’s op de markt. Dit betekent dat de koper een breder scala aan opties heeft die mogelijk voordeliger of praktischer zijn in specifieke situaties.

5. Toenemende competitie uit het buitenland

De markt voor elektrische auto’s is wereldwijd sterk in beweging. In sommige werelddelen, met name in Azië, worden grootschalige en goedkopere productie- en assemblagelijnen opgezet, waardoor de export van concurrerende elektrische modellen naar de EU toeneemt. Terwijl sommige fabrikanten zich inmiddels richten op kleine, betaalbare stadsauto’s, waren Europese fabrikanten een tijd lang vooral gefocust op duurdere segmenten. Nu er geen of minder subsidies zijn, is het voor Europese autoproducenten lastiger concurreren met de goedkopere imports.

6. Onzekerheid over importtarieven en handelspolitiek

De autobranche is zeer gevoelig voor veranderingen in handelspolitiek. In sommige gevallen dreigen extra importtarieven of protectionistische maatregelen vanuit grote economieën. Dit kan de export en import van elektrische auto’s flink bemoeilijken. Als er ergens in de wereld een verhoogde heffing wordt aangekondigd, vertaalt dit zich in onzekerheid voor zowel producenten als consumenten in de EU. Deze onzekerheid kan de markt doen stagneren, omdat niemand precies weet welke financiële risico’s eraan komen.

De bovenstaande oorzaken zijn sterk verweven met elkaar. Geen van deze factoren staat op zichzelf: de stopzetting van subsidies werkt bijvoorbeeld sterk samen met de toch al hoge aanschafprijs. De afname in verkoopcijfers is dus een complexe samenloop van omstandigheden. Hieronder zullen we dieper ingaan op enkele van de belangrijkste aandachtspunten, te beginnen met de grote afhankelijkheid van subsidies en de prijsperceptie onder consumenten.

Voordat we verder gaan met de achterliggende details, laten we kort een blik werpen op een fictieve grafiek van de dalende verkoopcijfers. Dit geeft een beeld van de situatie zoals diverse bronnen die hebben geschetst rond de periode 2020-2025.

Elektrische autoverkoop prognoseGrafiek met dalende verkoopcijfers, na een periode van groei (tot circa 2023) zakt de lijn duidelijk in. In 2024 en 2025 wordt het gaspedaal met betrekking tot de verkoop van EV’s minder ingedrukt, mede door de eerder genoemde factoren.

Subsidie-afhankelijkheid en prijsperceptie

Een van de meest in het oog springende oorzaken waarom de verkoop elektrische auto daalt, is de sterke afhankelijkheid van subsidieregelingen. Als overheden besluiten om deze regelingen stop te zetten of aanzienlijk te verminderen, zakt de vraag naar elektrische voertuigen vaak als een kaartenhuis in elkaar. Dit is geen uniek fenomeen binnen de mobiliteitssector; tal van duurzame producten zijn in eerste instantie afhankelijk van incentives om een groot publiek te bereiken.

De vraag is of de markt uiteindelijk volwassen genoeg is om zonder subsidies te functioneren. In sommige landen is dat al (gedeeltelijk) het geval, omdat de totale kosten voor het bezitten en gebruiken van een elektrische auto (TCO, oftewel Total Cost of Ownership) er concurrerend zijn met brandstofauto’s. Denk aan voordelige elektriciteitstarieven, lage onderhoudskosten en belastingvoordelen. Maar voor een groot aantal landen binnen de EU geldt dat nog niet, waardoor de prijsperceptie van EV’s hoog blijft.

Prijsperceptie is het gevoel dat consumenten hebben over de (te) hoge kosten van een product. Zelfs als elektrische auto’s in bepaalde scenario’s op de lange termijn goedkoper zijn, omdat stroom goedkoper kan zijn dan benzine en onderhoudskosten lager liggen, is de initiële aanschafprijs voor velen een forse hobbel. Zolang de prijsperceptie niet verbetert – oftewel zolang mensen blijven denken dat elektrisch rijden voor ‘de elite’ is, zullen de verkoopcijfers moeizaam blijven.

Daarnaast is er nog de factor ‘restwaarde.’ Een auto is voor particulieren vaak een grote investering, die je later voor een deel wilt terugverdienen bij inruil of verkoop. De batterijen in EV’s vormen hierbij het duurste onderdeel en tegelijkertijd het meest onzekere component, omdat de capaciteit ervan na verloop van
tijd afneemt. Hoewel de technologie rondom batterijduur enorm is verbeterd, speelt het psychologische aspect van onzekerheid een grote rol in de perceptie van kopers.

Economische realiteit: waarom subsidie zo cruciaal was

De afgelopen jaren werd er vaak vanuit gegaan dat elektrische auto’s sneller in prijs zouden dalen naarmate de productievolumes stegen en batterijtechnologie zich verder ontwikkelde. Hoewel dat deels ook is gebeurd, blijven EV’s in veel gevallen duurder dan hun brandstof tegenhangers. Subsidies waren (en zijn) er daarom voor bedoeld om de prijs te drukken, zodat de meerprijs ten opzichte van een conventionele auto kleiner is.

Zodra subsidies wegvallen, komt de ‘echte’ prijs van een elektrische auto bloot te liggen. Voor een grote groep consumenten blijkt die prijs nog altijd onacceptabel hoog, waardoor ze ofwel de aankoop uitstellen of besluiten toch voor een brandstof- of hybrideauto te kiezen. Hiermee zien we dat de subsidies misschien wel hun doel voorbijschieten wanneer ze te vroeg worden afgebouwd. De markt is simpelweg nog niet voldoende volgroeid en de infrastructuur vaak niet toereikend, waardoor consumenten hun koopgedrag aanpassen.

Ook voor de tweedehandsmarkt is de stopzetting van subsidies van invloed. In sommige EU-landen konden mensen tot voor kort subsidie krijgen bij de aanschaf van een tweedehands elektrische personenauto. Met het verdwijnen van deze regeling zien we dat de prijzen in de tweedehandsmarkt minder aantrekkelijk worden voor prijsbewuste kopers. De vraag blijft dan uit, wat de doorstroom van het wagenpark belemmert.

Het gevolg is dat er mogelijk een overschot aan tweedehands EV’s ontstaat die tegen de ‘oude’ prijs lastig verkoopbaar zijn, of dat verkopers hun prijzen fors omlaag moeten bijstellen. Dit zorgt voor onzekerheid bij zowel kopers als verkopers en remt opnieuw de algehele marktgroei voor elektrische auto’s.
Bovendien zorgt een daling in waarde voor verlies aan vertrouwen bij mensen die een elektrische auto overwegen. Het is immers niet aantrekkelijk om te investeren in een voertuig waarvan je niet zeker weet of de restwaarde in de toekomst stabiel blijft.

Een complex samenspel

Alles bij elkaar maakt dit duidelijk dat de dalende verkoopcijfers van elektrische auto’s niet zomaar een tijdelijk dipje is, maar het resultaat van een complex samenspel tussen subsidie-afhankelijkheid, prijsperceptie, restwaarde en laadinfrastructuur. In het volgende onderdeel gaan we dieper in op de technologische factoren die eveneens een rol spelen. Want ook op technisch gebied staan Europese fabrikanten voor uitdagingen die het gaspedaal van de EV-markt minder diep laten doordrukken.

Technologische factoren en batterijontwikkeling

De kern van elke elektrische auto is de batterij. Hoewel een elektromotor op zichzelf eenvoudiger is dan een verbrandingsmotor, schuilt de grootste complexiteit in de opslag van energie. Jarenlang waren nikkel-en kobaltgebaseerde batterijen de norm in veel Westerse landen, maar in andere delen van de wereld wordt steeds vaker gebruikgemaakt van lithium ijzerfosfaatbatterijen. Deze laatste zijn doorgaans goedkoper, veiliger en vereisen minder schaarse grondstoffen.

Het gevolg is dat producenten die sneller overschakelen op deze goedkopere batterijtechnologie, hun auto’s voor een lagere prijs kunnen aanbieden. Zo ontstaat er een prijsverschil met Europese producenten, die nog volop bezig zijn met het ontwikkelen en opschalen van nieuwe batterijtypen. Het ontbreken van schaalvoordelen in Europa leidt ertoe dat elektrische auto’s uit andere werelddelen in sommige gevallen goedkoper op de EU-markt verschijnen.

Daarnaast speelt de laadsnelheid een steeds belangrijkere rol. Consumenten willen dat hun elektrische voertuig in een handomdraai kan worden opgeladen, liefst binnen enkele minuten. Hoewel snel laadstations steeds breder beschikbaar komen, zijn de meeste huishoudelijke oplaadpunten nog tamelijk langzaam. Ook dit beïnvloedt de gebruiksvriendelijkheid en kan een drempel vormen voor mensen die overwegen een EV aan te schaffen.

Onderzoek en ontwikkeling in Europa

Europa heeft sterk ingezet op onderzoek en ontwikkeling (O&O) om de eigen batterijtechnologie te verbeteren. Verschillende samenwerkingsverbanden hebben tot doel nieuwe generaties accu’s te ontwikkelen die efficiënter, lichter en minder afhankelijk van schaarse metalen zijn. Deze ontwikkelingen kosten echter tijd. Ondertussen blijven fabrikanten in andere regio’s in hoog tempo doorgaan met het massaal produceren van hun alternatieve batterijtypes.

Ook de beschikbaarheid van grondstoffen als lithium, kobalt en nikkel speelt een rol. Er is wereldwijd sprake van grote concurrentie om de toegang tot deze grondstoffen veilig te stellen, wat kan leiden tot prijsstijgingen en politieke spanningen. Al deze elementen vertragen de grootschalige uitrol van goedkopere en betrouwbare Europese EV’s.

De invloed van software en connectiviteit

Behalve de batterij zelf is ook de software een cruciaal onderdeel geworden van de ‘user experience’ van elektrische auto’s. Moderne voertuigen bevatten talloze sensoren en slimme systemen die het rijgedrag optimaliseren, de veiligheid verhogen en de bestuurder faciliteren in alles van navigatie tot infotainment. Dit maakt EV’s hightech producten die intensief moeten worden doorontwikkeld en waarbij zelfs kleine bugs grote gevolgen kunnen hebben voor de rijervaring en reputatie van het merk.

Voor producenten die niet tijdig hebben geïnvesteerd in sterke software-afdelingen, betekent dit een flinke inhaalslag. Het kost tijd om een solide en geïntegreerd systeem te ontwikkelen dat kan concurreren met de meest vooruitstrevende spelers op de markt. Deze softwarecomponent kan eveneens een prijsopdrijvend effect hebben op de uiteindelijke consumentenprijs.

Koelingssystemen en batterijmanagement

Een onderbelicht aspect is het koelings- en batterijmanagementsysteem in EV’s. Hoe beter de batterijen gekoeld worden en hoe slimmer het systeem is dat de laadsnelheid en het temperatuurbeheer regelt, hoe langer de levensduur van de batterij. Dit is direct van invloed op de prestaties en de uiteindelijke kosten. Een geavanceerd batterijsysteem maakt een elektrische auto duurder, maar is op de lange termijn noodzakelijk om goede prestaties te garanderen.

Het is dus niet enkel de energiedichtheid of de kostprijs van de cellen die tellen; het complete pakket van batterijtechniek, managementsystemen en koeling bepaalt of een EV concurrerend kan zijn. Europese fabrikanten zetten grote stappen op dit vlak, maar worden ingehaald door partijen die al eerder met schaalvoordelen werken in het produceren van goedkope maar toch robuuste batterijoplossingen.

De directe link met dalende verkoopcijfers

De bovenstaande technologische factoren maken duidelijk dat de markt voor elektrische auto’s nog volop in beweging is. Wie voorop wil lopen, moet grote investeringen doen, terwijl de marges op dit moment relatief klein zijn en de verkoop elektrische auto daalt. Hierdoor heerst er in sommige Europese fabrieken een terughoudende houding. Te veel investeren in een technologie die nog niet volledig is uitontwikkeld, kan een financieel risico zijn. Tegelijkertijd is te weinig investeren ook risicovol, omdat de concurrentie uit het buitenland dan de markt overneemt.

Deze ‘spagaat’ kan leiden tot passiviteit of tot het kiezen voor een behoudende strategie waarin fabrikanten zich niet al te agressief op het lagere segment storten. Het gevolg is dat er weinig betaalbare modellen beschikbaar komen en de massamarkt, zonder subsidies,  minder snel overtuigd raakt. Hierdoor blijft de vraag laag en dalen de verkoopcijfers. Het gaspedaal, dat eerder zo stevig werd ingedrukt door subsidieregelingen, komt daarmee minder ver naar beneden.

Laadinfrastructuur in de EU

De laadinfrastructuur is een van de meest bepalende factoren voor de adoptie van elektrische auto’s. Zelfs als de aanschafprijs geen probleem zou zijn, is de beschikbaarheid van laadpalen cruciaal voor het dagelijks gebruik van een EV. Voor lange ritten, bijvoorbeeld tijdens vakanties of zakelijke reizen, moeten bestuurders erop kunnen vertrouwen dat er voldoende (snel)laadstations langs de route zijn.

In stedelijke gebieden in landen die vroeg hebben ingezet op elektrisch rijden, zoals delen van Noord- en West-Europa, is het netwerk van laadpalen al redelijk uitgebreid. Veel parkeergarages hebben laadpunten en op openbare parkeerplaatsen vind je ze regelmatig. In meer rurale gebieden en in landen die later zijn ingestapt, is de infrastructuur echter nog dun gezaaid. Dit verschil binnen de EU zorgt voor een ongelijk speelveld. De verkoop elektrische auto daalt in landen waar de infrastructuur achterblijft, terwijl er in sommige vooruitstrevende regio’s nog wel groei te zien is.

Knelpunten en kosten

Het uitbreiden van laadinfrastructuur kost tijd en geld. Netwerken van laadpalen moeten worden aangesloten op het elektriciteitsnet, wat in sommige gebieden een dure en complexe operatie is. Daarnaast is er vaak vergunningverlening nodig van lokale overheden en zijn er belangen van buurtbewoners, winkeliers en vastgoedbeheerders. Dit kan tot vertraging en hogere kosten leiden.

Voor consumenten is ook de prijs van het opladen van belang. Als de kilowatt uurprijs bij publieke laadpalen hoger ligt dan het tarief dat men thuis zou betalen, kan het kostenvoordeel van elektrisch rijden deels verloren gaan. Transparantie in laadkosten en eenvoudige betaalmethoden zijn voor consumenten essentieel om massaal de stap naar elektrisch rijden te willen zetten.

Innovaties in laadinfrastructuur

Niettemin staan de ontwikkelingen niet stil. Er wordt geëxperimenteerd met snelladen, ultra snel laadstations en zelfs inductie laadtechnologie waarbij het opladen draadloos kan plaatsvinden. Zulke innovaties kunnen het gebruik van elektrische auto’s aanzienlijk makkelijker maken. Als bestuurders nauwelijks tijd hoeven te besteden aan het laadproces, wordt de overstap van een brandstofauto naar een EV veel toegankelijker.

In sommige steden wordt gewerkt met slimme laadsystemen die energiepieken in het stroomnet vermijden en gebruikmaken van duurzame energiebronnen, zoals zon- of windenergie. Ook zijn er pilotprojecten met ‘vehicle-to-grid’-systemen, waarbij de accu van een elektrische auto ook kan dienen als tijdelijke
opslagplaats voor het elektriciteitsnet.

Waarom de infrastructuur samenhangt met de verkoop

Een van de redenen waarom de verkoop elektrische auto daalt, is dat consumenten de infrastructuur nog niet betrouwbaar genoeg vinden. Bij een brandstofauto is het immers vanzelfsprekend dat er altijd wel een tankstation in de buurt is. Bij een elektrische auto is dat nog niet altijd het geval, zeker niet als je buiten de bekende stedelijke gebieden reist.

Deze ‘range anxiety’ of ‘actieradiusangst’ blijft bestaan zolang het laden niet even eenvoudig en snel is als tanken bij een conventioneel station. Ook al zijn er mensen die op hun werk of thuis zonder problemen kunnen laden, de perceptie in de markt wordt voor een groot deel bepaald door de mate van toegankelijkheid. De overheid kan hierin een sturende rol hebben door gerichte investeringen in openbare laadnetwerken. Maar nu subsidies en investeringsprogramma’s in sommige landen worden teruggeschroefd, vertraagt ook de aanleg van nieuwe laadinfrastructuur. Dit zet een rem op de totale groei.

Marktconcurrentie en modelaanbod

Hoewel er steeds meer modellen van elektrische auto’s op de markt komen, is dit grote aanbod niet per se gunstig voor elke fabrikant. Als er tientallen modellen verschijnen die sterk op elkaar lijken, concurreren ze elkaar binnen hetzelfde marktsegment. Zonder voldoende verkoopvolume per model kan het lastig zijn om de productiekosten te drukken en winstgevend te blijven.

Bovendien is gebleken dat veel fabrikanten in de EU zich aanvankelijk richten op het hogere segment: grote SUV’s, luxewagens en sportieve modellen. Deze hebben vaak een hoge aanschafprijs, waardoor het bereik in klantengroepen beperkt blijft. Juist de betaalbare kleine en middelgrote auto’s zouden de massamarkt kunnen bedienen, maar die zijn (tot nu toe) minder snel ontwikkeld. Voor de gemiddelde consument kan een dure elektrische wagen buiten budget vallen, zeker nu er minder subsidie beschikbaar is.

Ondertussen arriveren er importmodellen uit andere delen van de wereld die wel inzetten op kleine, goedkope stadsauto’s. Deze modellen bieden niet altijd dezelfde afwerking of luxe, maar kunnen aanzienlijk schelen in prijs, wat sommige kopers aanspreekt. Hierdoor verliezen Europese fabrikanten marktaandeel. De verkoop elektrische auto daalt mede doordat consumenten die toch elektrisch willen rijden, soms kiezen voor een goedkoper (buitenlands) merk of zelfs wachten tot er meer concurrerende opties komen.

De paradox van veel modellen en lage verkopen

Het lijkt paradoxaal: er zijn meer elektrische automodellen dan ooit, maar de totale verkoopcijfers gaan omlaag. Dit komt doordat veel modellen in dezelfde prijscategorie met elkaar wedijveren. De markt raakt gefragmenteerd en er is geen enkele duidelijke winnaar. Dit is tegengesteld aan de strategie die wellicht
nodig is om een breed publiek te overtuigen, namelijk enkele goed doordachte, betaalbare modellen maken met een sterke focus op kwaliteit en prijs.

De rol van marketing en branding speelt eveneens een grote rol in de keuzes van consumenten. Niet elke fabrikant heeft er belang bij om met flinke marges in te leveren op de prijs, vooral niet als het merk zich in het verleden heeft neergezet als premium. Nu de subsidies afnemen, wordt het lastiger de hogere
prijs te rechtvaardigen. Dit alles kan resulteren in lagere verkoopcijfers dan verwacht.

De toekomst: specialisatie of samenwerking?

De grote vraag is hoe autofabrikanten in Europa hun strategie gaan aanpassen. Sommigen pleiten voor meer samenwerking tussen bedrijven om gezamenlijk een platform te ontwikkelen voor betaalbare EV’s. Anderen denken dat specialisatie in nichemarkten beter is. De komende jaren zal duidelijk worden welke aanpak het beste werkt.

Vooralsnog zorgt de fragmentatie ervoor dat de verkoop elektrische auto daalt, omdat er geen helder, krachtig aanbod is in de prijsklasse waar de meeste consumenten zich comfortabel voelen. Ook de lagere beschikbaarheid van financieringsopties speelt een rol, nu banken en leasemaatschappijen
terughoudend kunnen zijn door onzekerheid over de restwaarde van EV’s.

Toekomstperspectief van de EV-markt

Ondanks de huidige dip en de constatering dat de verkoop elektrische auto daalt, is het langetermijnperspectief voor elektrisch rijden niet per definitie somber. De druk vanuit milieu- en klimaatdoelstellingen blijft hoog, waardoor de transitie naar schonere mobiliteit onverminderd doorgaat. Overheden die nu subsidies afbouwen, kunnen in de toekomst andere maatregelen nemen. Denk bijvoorbeeld aan strengere emissienormen, hogere belastingen op benzine en diesel, of zelfs volledig verbod op verkoop van nieuwe auto’s met verbrandingsmotor in de komende decennia.

Bovendien zijn technologische ontwikkelingen vaak grillig. Een doorbraak in batterijtechnologie of massaproductie kan de prijs van EV’s zomaar fors doen dalen, waardoor de markt in korte tijd weer kan omslaan. Ook de groeiende aandacht voor circulaire economie en recycling van accu’s kan leiden tot
lagere kosten en minder grondstoffenschaarste.

Rol van infrastructuur en nieuwe businessmodellen

LaadstationAls de laadinfrastructuur in de EU verder verbetert en er meer snel laadmogelijkheden komen, zal dit consumenten vertrouwen geven. Mogelijk zien we ook nieuwe businessmodellen ontstaan, zoals abonnementen op accu’s of deeleconomie-concepten waarbij meerdere huishoudens een elektrische auto delen. Hierdoor kunnen de kosten per persoon dalen en wordt elektrisch rijden toegankelijker.

Daarnaast kan de opkomst van (semi-)autonome voertuigen voor een nieuwe impuls zorgen in de EV-markt. Veel geavanceerde rij hulpsystemen en autonome functies worden namelijk bij voorkeur geïntegreerd in elektrische platforms, omdat deze voertuigen al een hoogtechnologisch karakter hebben. Hierdoor kan de volgende generatie zelfrijdende auto’s grotendeels elektrisch zijn, wat op termijn de vraag kan stimuleren.

Verschuiving naar betaalbaarheid en publiek-private samenwerking

In diverse sectoren zien we dat samenwerking tussen overheden en het bedrijfsleven noodzakelijk is om grote veranderingen te bewerkstelligen. Dit geldt ook voor de transitie naar elektrische mobiliteit. Overheden kunnen prikkels blijven geven, niet per se in de vorm van directe subsidies, maar bijvoorbeeld
door belastingvoordelen, versnelde vergunningprocedures of investeringen in onderzoek en ontwikkeling. Bedrijven kunnen op hun beurt inzetten op kostenreductie, standaardisering en beter afgestemde productieprocessen.

Een belangrijk aspect is ook het creëren van bewustwording bij consumenten. Als men begrijpt dat de totale kosten over de gehele levensduur van een EV concurrerend kunnen zijn, kan de drempelvrees afnemen. Ook meer transparantie over laadtarieven en gebruiksgemak is hier van belang.

Scenario’s voor de komende jaren

Er zijn grofweg drie scenario’s te schetsen voor de komende jaren:

  • Voortzetting van de huidige dip: de verkoop elektrische auto daalt verder, het gaspedaal blijft minder ingedrukt, en zonder noemenswaardige overheidssteun of technologische doorbraken blijft de markt kwakkelen. Dit scenario leidt tot een vertraagde energietransitie in de mobiliteitssector.
  • Geleidelijke stabilisatie en herstel: naarmate producenten goedkoper kunnen produceren en de laadinfrastructuur verbetert, keren kopers langzaam terug. De verkoopcijfers stijgen dan geleidelijk zonder spectaculaire groeispurt.
  • Snelle omslag door nieuwe technologie of beleidsingrepen: een onverwachte doorbraak in batterijproductie of een plotselinge aanscherping van emissieregels kan de markt in korte tijd doen kantelen. In dit scenario zien we mogelijk binnen enkele jaren weer een sterke groei in de verkoop.

Welke richting het uitgaat, is mede afhankelijk van de economische situatie, de geopolitieke verhoudingen en de mate van urgentie die overheden en autofabrikanten voelen om de transitie door te zetten.

Conclusie

In dit artikel hebben we uitgebreid besproken waarom de verkoop elektrische auto daalt in de EU en welke factoren hieraan ten grondslag liggen. De stopzetting van subsidies speelt een grote rol, omdat de markt voor EV’s nog niet volledig volwassen is en veel consumenten de hogere aanschafprijs niet zien zitten. Daarnaast speelt de beperkte laadinfrastructuur in bepaalde regio’s een remmende factor. De afhankelijkheid van duurdere batterijtechnologie, concurrentie uit andere werelddelen en de fragmentatie van het modelaanbod in Europa dragen bij aan de complexiteit.

Het gaspedaal van de elektrische automarkt wordt op dit moment minder ver ingedrukt, maar dat betekent niet dat elektrisch rijden geen toekomst heeft. Technologie staat niet stil; nieuwe batterijen, betere software en innovatieve laadinfrastructuur kunnen de markt weer in een stroomversnelling brengen. Ook beleidskeuzes op het gebied van milieuwetgeving en internationale handel kunnen de koers veranderen.

Voorlopig is de verwachting dat de verkoop elektrische auto daalt of op zijn minst achterblijft bij de groeicijfers die een paar jaar geleden werden voorspeld. Tegelijkertijd zijn er aanwijzingen dat de vraag zich in de toekomst kan herstellen naarmate de prijsverschillen afnemen, de laadinfrastructuur verbetert
en de maatschappelijke druk voor verduurzaming toeneemt.

Of we nu spreken van een accelerator, gaspedaal of versneller; duidelijk is dat de elektrische auto nog altijd een grote potentie heeft om een belangrijk onderdeel te worden van onze mobiliteit. De kritieke vraag is wanneer en hoe de markt weer een sterke impuls krijgt. Wordt het afwachten op nieuwe innovaties en overheidsmaatregelen, of komen er verrassende wendingen vanuit de industrie zelf? De tijd zal het leren, maar dat de komende jaren bepalend zijn voor de richting van elektrisch rijden in de EU, staat buiten kijf.

Hoewel elektrische auto’s bekendstaan om hun lagere CO₂-uitstoot tijdens het rijden en passen in een bredere trend van duurzaamheid en verminderde afhankelijkheid van fossiele brandstoffen, is de verkoop van elektrische auto’s gedaald. Daarnaast kunnen pelletkachels een belangrijke bijdrage leveren aan het terugdringen van emissies, mits de pellets op een duurzame wijze worden geproduceerd en vervoerd. Pelletkachels vormen immers een milieuvriendelijk alternatief voor traditionele houtkachels of fossiele verwarmingssystemen, doordat zij samengeperste houtkorrels, oftewel pellets verbranden. Deze korrels worden vaak vervaardigd uit restafval, zoals zaagsel of houtspaanders, wat resulteert in een hoge energiedichtheid en een efficiënte en relatief schone verbranding. Zo komt er minder fijnstof vrij dan bij conventionele houtverbranding en is de CO₂-uitstoot lager, vooral wanneer de pellets afkomstig zijn uit duurzaam beheerde productieketens.